(part 1 gemist? lees deze hier)
Vandaag trof ik een 22 jarige zwangere Maori, met reeds drie kinderen van verschillende vaders, die last had van hoesten en antibiotica wilde. Het dossier vermeldde dat ze rookt, Dat is hier twee keer zo duur als in Nederland – ik gaf haar nicotinekauwgom (dat kost de patiënt slechts vijf dollar voor een hele doos) op recept en verzocht haar terug te komen over een week – maar daar had ze geen geld voor. Ze ontving welfare (uitkering) dus in haar geval zijn twee bezoekjes aan de dokter net zo duur als een pakje sigaretten. Is er dan niemand in haar omgeving, denk je dan, die helpt om haar te herinneren aan haar verantwoordleijkheid als ouder? Je hart bloedt als je stilstaat bij zulks.
Dan kom ik toch wel in een emotionele spagaat – ik zal er alles aan doen om haar te helpen, maar het helpt niet als de staat haar extra geld geeft voor de kinderen die ze heeft en kennelijk genoeg geld om te kunnen roken. Momenteel staan de kranten hier bol van boze Maori, omdat honderden kinderen uit de ouderlijke macht zijn geplaatst, en ondergebracht bij adoptiegezinnen, zelfs bij Pakeha – de blanke Kiwi’s. Dat steekt enorm gezien het verleden, Als hulpverlener van een overheidsinstantie doe je het ook nooit goed, hoe goed je intentie ook is.
Wellicht, als de samenleving wat hechter was en men elkaar op zijn verantwoordlijkheid kon wijzen op basis van goed fatsoen, en niet afwachtte tot de overheid actie ondernam gewapend met wetten en dienaren, was het drama stukken minder. Als dreigen met wetten zou helpen, dan was er geen criminaliteit – iedereen wil graag deel uitmaken van een gezin, een groep. Verstoten worden en uitgespuugd is veel erger. In de westerse samenleving is het nu een soort onderscheiding in de lagere klassen om in de gevangenis te hebben gezeten, of in een door criminaliteit verkregen Duits scheurijzer rond te rijden. Fantastisch vind ik dan ook een initiatief van Maori om jonge raddraaiers publiekelijk te bespreken met de iwi – de groep. Terug naar mensen weer aanspreken van mens tot mens, van buurman tot buurman – als vrienden. Ik wacht met smart op de tijd waarin we elkaar de hand reiken om roken tijdens zwangerschap te bespreken, om te vragen of iemand met overgewicht misschien hulp wil met de keuze voor boodschappen.
Dalrymple had de ervaringen voor zijn boek ook hier kunnen opdoen. Het is treurig gesteld met de oorspronkelijke bewoners. Ze zijn veel vaker slachtoffer en daders van geweld, vaker in de gevangenis, kindersterfte is meer dan drie maal zo hoog, met name door niet-intentioneel geweld, de zelfmoordcijfers onder 25 zijn afschuwelijk hoog… een droefenis, vlek op vlek. Er is veel boosheid jegens de Pakeha die verantwoordelijk worden gehouden voor hun tragedie. Deze week werd een standbeeld van Captain James Cook beklad met graffiti – Thief Pakeha staat op de sokkel geschreven. De historie is niet terug te draaien en derhalve wordt de slachtoffervlag gehezen op het het slagveld der verantwoordelijkheden.
En de Maori hebben gelijk echter wellicht niet omdat hun land werd gestolen. De Pakeha met hun westerse welvaart hebben bakken met compensatiegeld aangedragen. En het is ondenkbaar dat daar ooit een einde aan komt, want niemand in de politiek durft die discussie te voeren. Vorige week verscheen zelfs een lijvig rapport waarin gepleit wordt voor een apart zorgstelsel van en voor Maori – met Maori artsen, verpleegsters, ziekenhuizen en alles erop en eraan. Ik vrees dat als dat werkelijkheid wordt, de problemen slechts evidenter worden, want dan is er ineens een paralelle Maori Zorgstaat. Als buitenstaander wekt het je medelijden op – de trotse krijgers van weleer en de Pakeha die het nooit goed kunnen doen – ze zijn nog immer in gevecht.
Overgewicht en diabetes is geen gevecht dat voorbehouden is aan de lagere sociaal-economische klasse, maar is wel jammerlijk mee verbonden – vetvlek op vetvlek dus moeilijk uit te wassen. Hoe meer belastinggeld er van de midden- en bovenlaag richting beneden wordt gesluisd, hoe groter het probleem lijkt te worden. Hoe is het mogelijk? De leefomstandigheden in de westerse wereld zijn, zelfs in het onderste kwart van de maatschappelijke ladder, beter dan die van de middenklasse tachtig jaar geleden. De verklaring valt te vinden in –weer-verantwoordelijkheid. Mensen is de verantwoordelijkheid voor hun leven ontnomen, we hebben het collectief weggegeven aan de politieke elite in de hoop dat er goed voor ons zou worden gezorgd. Als onbetamelijke kinderen hebben we steeds maar meer meer meer geroepen en nu zijn we te dik van alle gemakken en lekkernijen en wijzen we boos naar de overheid dat die iets moet doen aan het probleem. Werkelijk?
Interessant, om dit woord maar hier te gebruiken, was een discussie twee jaar geleden op een ontbijtshow in Nieuw Zeeland, tussen een zeer gespierde Samoaan – Dave Letele, en een onnoemelijk obese Pakeha dame, Meagan Kerr. De laatste promote Fat Positivity, Letele had erg hard gewerkt om 75 kilo kwijt te raken en zag er fantastisch uit. Kerr verdedigde de keuze van mensen om te eten wat ze willen, net zoals de vrije keuze om je sekspartner te kiezen. De interviewster legde keurig de vinger op de zere plek – “Maar de problemen met obesitas kosten enorme bedragen aan belastinggeld, dat is lastig te verantwoorden, toch?”. Kerr had geen passend antwoord.
De geschatte kosten voor bijvoorbeeld Amerika, waar net als in Nieuw Zeeland 30% aan ernstig overgewicht lijdt, zijn jaarlijks ergens tussen de $147 en $210 miljard. Iedere consument, iedere burger en met name de belastingbetaler, betaalt mee. Zonder de vinger te willen wijzen, want ik denk niet dat zoiets helpt, is het een kostbaar probleem, wat we gezamenlijk zullen moeten oplossen. De meeste mensen met overgewicht willen daarvan af en we zullen ze door dik en dun moeten steunen daarin.
De voedselindustrie die inspeelt op snel en gemakkelijk, met hippe maar onduidelijke verpakkingen en misleidende teksten, lijkt niet de partij waar het initiatief vandaan komt. Alhoewel er steeds meer producenten komen die hun verpakkingen terecht labelen als gezond, met veel vezels en weinig carbohydraten, is het als onwetende consument moeilijk zoeken. De overheid is gericht op ondernemers hun geld afnemen, dus een beleid waarin groenten en fruit vrij worden gesteld van BTW – wat een enorme boost zou kunnen geven aan meer consumptie daarvan en logischerwijze een vermindering van uitgaven aan gezondheidszorg – is een illusie die we niet mogen koesteren. Ik zie de overheid derhalve ook niet als de partij waar een zinnig initiatief vandaan komt.
Ik ben me bewust dat ik zwalk in mijn verhaal, dat ik van ongezond eetgedrag en te weinig bewegen naar verlies van cohesie in de samenleving naar crimineel gedrag schuif, van Maori naar Pakeha en weer terug. Als holistisch arts zie ik ook niet een aangetast orgaan, maar een ziek systeem wat de hele mens aantast. Het onbetaalbare waterhoofd wat de overheid steeds meer is, kan het net zo min genezen als een aderlating uit de vijftiende eeuw – dus financieel verbloeden met meer belastingen gaat het niet worden. De zieke is van Huisarts naar Eerste Hulp naar Intensive Care gepromoveerd. Hier zijn hele slimme artsen voor nodig, met kennis en lef, om het algehele verval te kenteren.
Nadat ik mijn FCCS diploma had behaald, stond ik ineens zelf op een Intensive Care, alleen in de nacht met een team van verpleegkundigen en veertien zware bedden. Ik verloor een oude dame, waarbij de longen de beademingsdrukken niet meer aankonden, er een klaplong ontstond en de machines keurig lucht in de thorax bleven blazen, tot er geen ruimte meer was voor het hart en ze overleed. En daar ben ik bang voor, dat er een zwakke plek is, financieel of bestuurlijk, die we allemaal over het hoofd zien of, nog erger, niet durven benoemen en behandelen. Het vraagt om een andere manier van denken, dan waar we ons prettig bij voelen. Iemand met stabiele angina pectoris en een kleine coronairstenose, daar moet je geen stent in duwen, ook al denken we dat zoiets helpt. Dat is de oculostenotischereflex; een dergelijke patiënt dient behandeld te worden door cholesterolverlaging en een dieet, meer bewegen, gewichtsoptimalisatie en zo nodig de bloeddruk behandelen.
Op de huisartsenpost in Zaandam is men gestart met een pilot omdenken, weg van de patiënt-denkt-dat-het-urgent-is-reflex. De urgente gevallen worden gezien, niet urgente gevallen worden naar het reguliere spreekuur op de dag verschoven. En we zullen wel moeten, die zogenoemde gratis zorg die onbetaalbaar begint te worden, zal altijd leiden tot meer consumptie en dat belemmert waar we als huisartsen voor staan.
Huib Rutten