Resultaten enquête ANW-zorg II van HuisartsVandaag en VPHuisartsen Inleiding
In het najaar van 2010 heeft HuisartsVandaag in samenwerking met VPHuisartsen twee enquêtes gehouden over de ANW-zorg. Deel I ging over ‘Feiten en Getallen’ met het focus op de feitelijke werklast en de verkoop van ANW-diensten. [zie eerdere publicatie deel I]. Deel II vroeg meer naar persoonlijke ervaringen met en visies op de (acute) huisartsenzorg buiten normale praktijkuren.
De publicatie van de resultaten van ANW-enquête II, vindt plaats in vijf hoofdstukken.
I Werklast, marktwerking en zorgconsumentisme
II Organisatie en beleid van HAP en KDS
III Randvoorwaarden voor toekomstige ANW-zorg
IV Beroepsorganisaties e n ANW-zorg
V Kenmerken deelnemers, representativiteit en reacties
Het eerste hoofdstuk ‘Werklast, marktwerking en zorgconsumentisme’ is verschenen op 27 januari onder de kop: ‘Meerderheid onder huisartsen voor verplichte diensten op huisartsenpost bijna verdwenen’. Het tweede hoofdstuk gaat over de organisatie en het beleid van de (grootschalige) huisartsenposten (HAP) en de kleinschalige dienstenstructuren (KDS). In hoofdstuk III komen de randvoorwaarden aan de orde waaraan voldaan moet worden om ook in de toekomst huisartsgeneeskundige spoedzorg buiten de reguliere praktijkuren, beschikbaar te laten zijn. Bij deel II van de enquête waren er 1227 aanmeldingen en gaven 1093 huisartsen antwoord op alle vragen. Naast praktijkhouders (zelfstandig, dienstverband, apotheekhoudend) gaat het daarbij ook om hidha’s en waarnemers.
Samenvatting hoofdstuk IV
Hoofdstuk IV BEROEPSORGANISATIES EN ANW-ZORG
Twee derde van de praktijkhouders wil dat het destijds door de LHV Ledenraad ingenomen standpunt wordt herzien, dat huisartsenzorg 24-uurs zorg is onder verantwoordelijkheid van en met een individuele leveringsplicht voor praktijkhouders. Het is tijd om niet alleen de praktijkhouders verantwoordelijk te laten zijn voor de uitvoering van het LHV-besluit, maar alle huisartsgeneeskundig werkzame huisartsen binnen en buiten de LHV, zolang er nog geen ontkoppeling van dag- en ANW-zorg is gerealiseerd. Aan welke voorwaarden moet worden voldaan om onder huisartsen de bereidheid te houden of te versterken om te participeren in de ANW-diensten? Een aantal thema’s zijn daarbij in de enquête aan de orde gekomen, zoals: beperking van de werk- en dienstbelasting, gepaste honorering, maatregelen tegen oneigenlijk gebruik van ANW-zorg en onderhandelingsruimte bij contractoverleg met verzekeraar door ontkoppeling van dag- en ANW-zorg. Een ruime meerderheid van de praktijkhouders is voorstander van deze ontkoppeling. Tussen LHV-leden en leden van VPHuisartsen bestaan verschillen in visie over diverse actuele onderwerpen, zoals over herziening individuele 24-uurs zorg, ontkoppeling en het ANW-honorarium. Het initiatief voor de ANW-enquête en de betekenis ervan wordt door beide ledengroepen breed gewaardeerd.
IV BEROEPSORGANISATIES EN ANW
Enkele resultaten uit voorafgaande drie hoofdstukken over de ANW-enquête zijn:
1. draagvlak voor verplichte ANW-zorg neemt snel af
2. vier van de vijf praktijkhouders verkopen (een deel van) hun diensten
3. honorarium, werklast en verlies professionele kernwaarden scoren negatief
4. driekwart van de huisartsen is tevreden over de kwaliteit van de ANW-zorg
5. taakuitbreiding van de HAP naar de dagzorg wordt breed afgewezen.
6. functionele integratie HAP en SEH wordt onder condities door meerderheid ondersteund.
7. ruim de helft van de praktijkhouders is voor sluiting van de HAP na 23 uur
8. twee derde van de praktijkhouders vindt levering ANW-zorg de verantwoordelijkheid van alle werkzame huisartsen en niet alleen van praktijkhouders
9. 63% van de praktijkhouders is voor gescheiden contracten voor dag- en ANW-zorg
10. 62% van alle huisartsen vindt € 100 een passend ANW-honorarium.
11. onder de huidige condities van de ANW-dienstplicht, zegt 52% van de praktijkhouders bereid te zijn ANW-diensten te blijven verrichten. 42% heeft die bereidheid niet.
12. de keuze voor ontkoppeling hangt met name samen met de toenemende werklast in ANW-diensten, de hoogte van het ANW-honorarium, het ontbreken van onderhandelingsruimte met verzekeraars en de ervaring dat het in ANW-diensten niet meer om authentieke huisartsenzorg gaat. De vragen in het vierde hoofdstuk over de resultaten van de ANW-enquête, zijn gericht op de rol van de beroepsorganisaties in het ANW-dossier en op de positie die de leden in de ANW-discussie innemen.
In de grafieken is gewerkt met afgeronde cijfers bij de vijf onderscheiden categorieën. In de tabellen zijn ‘volledig eens’ en ‘enigszins eens’, samengevoegd tot ‘eens’. Hetzelfde geldt voor ‘volledig oneens’ en ‘enigszins oneens’ tot ‘oneens’.
1 De ‘gebruikelijke’ 24-uurs zorgplicht als zelfopgelegde taakstelling
Ten aanzien van de ANW-zorg nam de LHV-Ledenraad nog voor de invoering van de ZVW, een besluit over de verplichting voor praktijkhouders 24-uurs zorg te (laten) leveren. Dit werd als ‘gebruikelijke zorg’ gedefinieerd. Het besluit heeft daarmee een zekere juridische normstelling. Wetgeving waarin huisartsen een 24-uurszorgplicht is opgelegd bestaat niet. Wel een door de beroepsgroep ingestelde registratie-eis om jaarlijks een aantal ANW-diensten te verrichten. Inmiddels stijgt de zorgconsumptie in ANW-zorg jaarlijks met ongeveer 7% en neemt ook overdag de werkdruk van huisartsen toe. Formele onderhandelingen tussen beroepsgroep, overheid en verzekeraars zijn sinds de ZVW min of meer afgeschaft want ”de markt moet zijn werk doen”. Huisartsen zijn hierdoor hun zeggenschap over of invloed op de voorwaarden van de ANW-zorg vrijwel kwijtgeraakt. Daarbij hebben zij zichzelf verplicht deze zorg te leveren waardoor de verzekeraars niet genoodzaakt zijn te onderhandelen.
2 Huisartsen willen herziening individuele 24-uurs zorgplicht
De vraag is voorgelegd of huisartsen van mening zijn dat het begrip ‘gebruikelijke zorg ‘ zoals dat in het verleden voor de individuele 24-uurs zorgplicht voor praktijkhouders is gedefinieerd, moet worden heroverwogen. Van de praktijkhouders is ruim 68% het hiermee eens, 20,6% is tegen. Van de hidha’s is ruim 66.6% voor heroverweging . Ook de waarnemers zijn hier in meerderheid mee eens (58,6%)
Herziening verplichte 24-uurs zorg als ‘gebruikelijke zorg’ |
eens |
neutraal |
oneens |
Praktijkhouders |
68,1% |
11,3% |
20,6% |
Hidha’s |
66,6% |
21,1% |
12,3% |
Waarnemers |
58,6% |
18,7% |
22,7% |
Praktijkhouders over herziening individuele 24-uurs zorgplicht als ‘gebruikelijke zorg’
3 Huisartsen negatief over belangenbehartiging door de LHV in het ANW-dossier
Aan het verzoek tot heroverweging van de individuele 24-uurs zorgplicht, is de vraag gekoppeld of huisartsen van mening zijn dat de LHV hun belangen rond het ANW-dossier goed heeft behartigd. Van alle praktijkhouders is 19,5% hier positief over. 56,7 % geeft over deze belangenbehartiging een negatief oordeel.
Het positieve oordeel van hidha’s en waarnemers ligt rond de 20%. Van deze twee groepen neemt bijna de helft een neutrale positie in. Het is duidelijk dat degenen die de verantwoordelijkheid dragen cq de plicht hebben de 24-uurs zorg te realiseren, het meest gebaat zijn bij goede behartiging van hun belangen ten aanzien van de ANW-diensten. Apotheekhoudende huisartsen en praktijkhouders in de kleinschalige dienstenstructuren (KDS) hebben hierover een negatieve oordeel: 70,3% resp. 84,7%.
Van alle praktijkhouders in de KDS, stelt 7,7% dat hun belangen goed behartigd zijn door de LHV. De praktijkhouders in dienstverband zijn het meest positief (30%) in hun oordeel Toch meent een groter deel van hen (32,5%) dat de LHV tekortschiet.Van de apotheekhoudende huisartsen geeft 10,9% een positief oordeel en.ruim 70% van hen een negatieve waardering.Bij deze uitslagen is het van betekenis dat (inclusief dubbellidmaatschappen) 84,8% van de enquêtedeelnemers LHV-lid is en 22,5% lid van VPHuisartsen.
Belangenbehartiging door LHV op ANW-dossier is goed geweest | eens | neutraal | oneens |
Praktijkhouders naar functie – zelfstandig gevestigd – in dienstverband – apotheekhoudend |
19,5% – 19,9% – 30,0% – 10,9% |
23,8% – 23,5% – 37,5% – 18,9% |
56,7% – 56,7% – 32,5% – 70,3% |
Hidha’s |
21% |
47,4% |
31,6% |
Waarnemers |
19,5% |
46,9% |
23,6% |
Praktijkhouders naar HDS – HAP – KDS |
19,5% – 20,1% – 7,7% |
23,8% – 24,5% – 7,7% |
56,7% – 55,4% – 84,7% |
Praktijkhouders over: ‘Belangenbehartiging door LHV op ANW-dossier, is goed geweest’
4 Levering ANW-diensten verantwoordelijkheid van alle praktiserende huisartsen.
Ook bij een meerderheid die voor ontkoppeling is van dag- en ANW-zorg, is een facultatieve ANW-dienstregeling nog niet onmiddellijk gerealiseerd. Daarom is de stelling voorgelegd waarin de LHV gevraagd wordt zorg te dragen voor een gezamenlijke uitvoering van het LHV-besluit over de 24-uurs zorg zodat naast praktijkhouders ook alle andere werkzame huisartsen verantwoordelijkheid dragen voor de levering van ANW-diensten.
Van de 1070 werkzame huisartsen die zich over deze ‘opdracht’ aan de LHV uitspreken zijn de apotheekhoudende huisartsen het meest uitgesproken. Bijna 72% staat achter deze opdracht aan de LHV. 9,5% van hen is het daar niet mee eens. Van de praktijkhouders in dienstverband is 47,5% het eens met de opdracht en 25% niet. Van de andere zelfstandig gevestigden is 69% het eens en 12,6% oneens met de opdracht ten aanzien van de arbeidsverdeling van de ANW-diensten. Tussen mannelijke en vrouwelijke praktijkhouders bestaat weinig verschil van opvatting. Rond twee derde van beide groepen is voor de opdracht om een gezamenlijke , brede verantwoordelijkheid voor levering van ANW-zorg te realiseren zolang ontkoppeling nog niet gerealiseerd is.
ANW-diensten verantwoordelijkheid alle werkzame huisartsen | eens | neutraal | oneens |
Praktijkhouders – zelfstandig gevestigd – in dienstverband – apotheekhoudend |
68,2% – 69,0% – 47,5% – 71,7% |
18,9% – 18,4% – 27,5% – 18,8% |
12,9% – 12,6% – 25,0% – 9,5% |
Hidha’s |
54,4% |
22,8% |
12,8% |
Waarnemers |
40,6% |
17,2% |
42,2% |
Mannelijke praktijkhouders |
68,6% |
17,9% |
13,5% |
Vrouwelijke praktijkhouders |
66,8% |
22,4% |
10,7% |
ANW-diensten verantwoordelijkheid van alle werkzame huisartsen
5 Maatregelen van individuele praktijkhouders bij ongewijzigde ANW-dienstplicht
Wanneer 63% van de praktijkhouders voor ontkoppeling is van dag- en ANW-zorg, doemt de vraag op wat huisartsen doen wanneer deze ontkoppeling niet zou worden gerealiseerd. In onderstaande tabel wordt weergegeven hoe vaak binnen de subgroepen bepaalde overwegingen of maatregelen zijn genoemd indien de individuele ANW-dienstplicht ongewijzigd zou blijven. Als hoogste scoort de bereidheid ‘een steentje te willen bijdragen’ aan de uitvoering van de ANW- diensten. Daarna volgen overwegingen als: vervroegde praktijkbeëindiging, opzegging lidmaatschap beroepsvereniging en krachtiger oppositie voeren tegen de individuele ANW-dienstplicht.
Maatregelen bij ongewijzigd ANW | ZG | DN | AP | PL | VP | SG |
Blijf bijdragen aan diensten |
67,6% |
87,5% |
66,2% |
69,3% |
70,0% |
66,2 |
Opzegging lidmaatschap |
15,3% |
7,5% |
24,3% |
17,5% |
13,7% |
16,8% |
Vervroegde praktijkbeëindiging |
29,4% |
5% |
31,1% |
26,5% |
30,7% |
27,1% |
Krachtiger verzet en acties |
22,6% |
5% |
17,5% |
18,7% |
22,5% |
21,6% |
Andere functie zoeken |
7,8% |
10% |
2,7% |
6,0% |
7,5% |
8,2% |
Bestuursfunctie beroepsorg. |
4.0% |
– |
6,4% |
3,6% |
5,2% |
2,4% |
Anders |
6,4% |
– |
8,1% |
9,0% |
4,7% |
6,4 |
ZG: zelfst.gevestigd DN: in dienstverband AP: apotheekhoudend PL: Platteland VP: verstedelijkt platt. SG: stedelijk gebied
Praktijkhouders over maatregelen bij ongewijzigd ANW
6 24-uurs zorgplicht is ‘gebruikelijke zorg’ voor praktijkhouders
Huisartsen jonger dan 40 jaar kennen de meeste voorstanders en de minste tegenstanders van de 24-uurs zorgplicht voor praktijkhouders. Bij 40-49 jarigen daalt het aantal voorstanders met 16 procentpunten om in de daaropvolgende leeftijdscategorieën weer langzaam op te lopen. Of de ingezette daling een trend is voor de komende jaren is niet onderzocht. Het is niet onmogelijk dat de 40-49 jarigen van nu, hun visie ten aanzien van de 24 uurs zorgplicht handhaven, waardoor het draagvlak voor de ANW-dienstplicht van praktijkhouders verder zal afnemen.
24-uurs zorgplicht is ‘gebruikelijke zorg | abs. | eens | neutraal | oneens |
< 40 jr |
206 |
64% |
5,3% |
30,6% |
40 – 49 jr |
302 |
48% |
12,6% |
39,4% |
50 – 59 jr |
459 |
51,2% |
7,6% |
41,2% |
> 60 jr |
126 |
56,3% |
7,14% |
36,5% |
Totaal |
1093 |
53,3% |
8,5% |
38,2% |
Wat praktijkhouders vinden van het aantal diensten per jaar, heeft een directe relatie met de praktijkgrootte.
Praktijkhouder over aantal diensten per jaar | abs. | gem. praktijkgrootte |
Veel te veel |
137 |
2800 |
Veel |
315 |
2800 |
Normaal |
383 |
2500 |
Weinig |
44 |
2350 |
Veel te weinig * |
1 |
1750-2000 |
Geen antwoord |
5 |
n.v.t. |
Gemiddelde praktijkgrootte van praktijkhouders in enquête |
|
2600 |
* geen representatief resultaat bij N=1
7 Gescheiden contracten (ontkoppeling) dag- en ANW-zorg
Ook hierover hebben de jongere huisartsen van < 40 jaar een duidelijk onderscheiden opvatting waarbij zij als enige leeftijdscategorie geen meerderheid kennen van voorstanders van ontkoppeling. Van de andere leeftijdsgroepen is een ‘stabiele’ twee derde meerderheid daar wel voorstander van.
Gescheiden contracten ‘ontkoppeling’ | abs. | ja | nee | geen mening |
< 40 jr |
206 |
47,1% |
40,3% |
12,6% |
40 – 49 jr |
302 |
65,2% |
30,2% |
4,6% |
50 – 59 jr |
459 |
63,2% |
32,7% |
4,1% |
> 60 jr |
126 |
65,1% |
30,9% |
4,0% |
Totaal |
1093 |
60,9% |
33,2% |
5,9% |
8 Waardering voor ANW-enquête
Tenslotte is de deelnemers gevraagd of zij de ANW-enquête van HuisartVandaag en VPHuisartsen een zinvolle bijdrage vinden aan de discussie binnen de beroepsgroep over het ANW-dossier. 2% van alle 1070 deelnemers vindt de ANW-enquête geen zinvolle bijdrage, ruim 82,2% vindt dat wel en 15,8% stelt zich neutraal op. Van de genoemde 2% huisartsen (21) , waren 13 het ‘enigszins oneens’ en 4 ‘volledig oneens’ met de stelling, resp. 1,6 en 0,4% van de 1070 deelnemers.
ANW-enquête is zinvolle bijdrage aan ANW- discussie | eens | neutraal | oneens |
Praktijkhouders naar functie – zelfstandig gevestigd – in dienstverband – apotheekhoudend |
83,7% – 84,2% – 67,5% – 87,8% |
14,4% – 14,1% – 27,5% – 9,5% |
2,0% – 1,7% – 5,0% – 2,7% |
Hidha’s |
73,7% |
22,8% |
3,5% |
Waarnemers |
75,8% |
22,7% |
1,6% |
Totaal 1070 huisartsen |
82,2 |
15,8% |
2,0% |
Praktijkhouders over: ‘ANW-enquête zinvolle bijdrage aan ANW-discussie’
Conclusies
-
Van de praktijkhouders wil 68,1% dat het besluit over de 24-uurs zorgplicht wordt heroverwogen; 20,6% wil dat niet.
-
De belangen van de huisartsen, ten aanzien van het ANW-dossier worden tot nu toe, volgens 19,5% van de praktijkhouders goed behartigd door de LHV. Het minst positief zijn apotheekhoudende huisartsen (10,9%), ruim 70% van hen is negatief.
-
De praktijkhouders in KDS zijn in 7,7% positief en in 84,7% negatief over de belangenbehartiging door de LHV t.a.v. het ANW-dossier.
-
Bijna 7 van de 10 praktijkhouders vindt dat de LHV zorg dient te dragen voor een gezamenlijk verantwoordelijkheid voor de ANW-zorg van alle werkzame huisartsen en niet alleen van praktijkhouders.
-
Bij uitblijven van reorganisatie van de ANW-zorg (ontkoppeling) overweegt bijna 30% van de zelfstandig gevestigde huisartsen een vervroegde praktijkbeëindiging
-
De bereidheid om ‘een steentje bij te dragen’ aan de uitvoering van de ANW-diensten indien ontkoppeling nog niet is gerealiseerd, ligt bij praktijkhouders rond de 65-70%
-
82,2% van alle deelnemers vindt de ANW-enquête een zinvolle bijdrage aan de discussie binnen de beroepsgroep over de ANW-zorg.
VPHuisartsen – februari 2011