De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is op 1 juli met een definitief oordeel gekomen over herijking van de huisartsentarieven per 2025. Het uitgevoerde kostenonderzoek laat zien dat de kosten, maar ook de omzet en de winst van huisartsenpraktijken iets gestegen zijn. De NZa bepaalt daarom dat onze tarieven per 2022 met 2,6 % moeten dalen en van daaruit geïndexeerd moeten worden naar 2025, wanneer de nieuwe tarieven in zullen gaan, en dan slechts met een kleine 1,9% stijgen t.o.v. 2024.
VPHuisartsen is teleurgesteld. Wij hebben onze bezwaren tegen de tariefberekening in de afgelopen periode uitgebreid kenbaar gemaakt bij de NZa. Dit kan wel eens heel vervelend overkomen op huisartsen die de afgelopen jaren steeds meer taken hebben opgepakt om het zorgstelsel overeind te kunnen houden.
We leggen uit waar wij vinden dat de NZa de plank misslaat ondanks dat de NZa zelf beweert dat we een financieel sterke sector zijn:
Huisvesting niet afgestemd op de huisartsenzorg van de toekomst
(Huisartsen)zorg bereikbaar houden is een kerntaak voor de NZa, maar de NZa heeft enkel technisch gekeken naar de resultaten van het uitgevoerde kostenonderzoek. Nergens wordt gekeken naar het effect op de huisartsenzorg voor de toekomst.
Uit hetzelfde kostenonderzoek blijkt dat 60% van de huisartsenpraktijken huisvestingsproblemen heeft. Uitbreiden, verbouwen, verhuizen of nieuwbouw lukt niet met de huidige marktprijzen in stads- of dorpscentra. Veel oudere huisartsen werken nog vanuit panden die zij destijds hebben aangeschaft. De lager berekende huisvestingskosten komen mede doordat deze groep huisartsen zichzelf geen marktconforme huur oplegt of een lagere aflopende hypotheek heeft. Met deze onrealistische cijfers rekent de NZa. Daarmee is het volstrekt onmogelijk nieuwe praktijken te realiseren of aan te passen aan de hedendaagse zorgvraag. 60% van de huisartspraktijken had al huisvestingsproblemen, maar hiermee worden praktijkuitbreiding of nieuwe vestigingen voor de nieuwe generatie huisartsen ondoenlijk.
Het niet volwaardig berekenen van de huisvestingskosten gaat ook in tegen de uitspraak van het CBb, waarin de rechters afgelopen december oordeelde dat de NZa aantoonbaar moet maken dat de tarieven kostendekkend zijn voor het leveren van de vereiste zorg.
Omzetstijging door meer taken buiten de basis huisartsenzorg
Het kostenonderzoek stelt vast dat de kosten flink zijn gestegen, dat we grotere teams moeten aansturen en aanzienlijk meer zorg, ook buiten onze kerntaken, zijn gaan leveren. De verantwoordelijkheid van de huisarts binnen de zorg is, kortom, nog groter geworden. Nergens zien we deze grotere verantwoordelijkheid en het risico van een grotere zorgzwaarte en extra personeel vertaald en becijferd. Natuurlijk is, met zoveel meer personeel en taken, de omzet gestegen. Over al die extra verantwoordelijkheden en risico’s is alleen geen enkele winst gerekend. De extra substitutie van zorg die de huisarts organiseert wordt nergens beloond. Sterker nog, als de NZa de technische berekeningen overneemt, worden huisartsen er zelfs voor gekort. Dan schort er toch iets aan de berekeningen: huisartsen doen aantoonbaar meer, maar de NZa berekent dat de vergoeding voor huisartsenzorg omlaag kan?
De NZa schermt met het verhoogde norminkomen voor huisartsen, een inkomen wat alleen haalbaar is wanneer men in verouderde pandjes blijft zitten en 58 of meer uren per week blijft werken, een totaal onrealistisch wereldbeeld!
Welk effect zal dit hebben op de bereidheid van huisartsen om in de toekomst knelpunten op te blijven lossen buiten de vastgestelde kerntaken? Zeker als deze extra tijdsinvestering uiteindelijk voor eigen rekening is!?
Urennorm niet van deze tijd
Ondanks onze herhaaldelijke kritiek stelt de NZa opnieuw dat een normpraktijk vergeleken moet worden met een CAO met een 36-urige werkweek. De 58-urige werkweek incl. ANW (bron: NIVEL), die huisartsen met een normpraktijk daadwerkelijk werken, valt volgens de NZa onder het ondernemersrisico. Ondernemersrisico gaat echter over variabelen, terwijl er niks variabels is aan die 58 uur: alleen al de verplichte openingstijden van 8:00-18:00 overdag zijn contractueel 50 uur.
Het vasthouden aan een normpraktijk die 58 uur vereist, zoals passend bij een jaren-50 huisarts met een niet werkende partner, heeft al ernstige gevolgen gehad: inmiddels committeert de helft van de huidige huisartsen zich niet meer aan een eigen patiëntenpopulatie en werkt als waarnemend huisarts. Nu de NZa vasthoudt aan deze archaïsche werkeisen zal dit het einde van de vaste huisarts betekenen. Gevolg: forse gezondheids- en economische schade. Korten op de tarieven is pennywise poundfoolish.
Kortom: De tarieven zijn gebaseerd op huisartsenzorg uit het verleden en niet op de gewenste toekomst
De NZa houdt vast aan een berekening die gebaseerd is op archaïsche prémisses. Zo stevent de zorg in Nederland af op een stelsel zonder functionele eerstelijn.
Want alleen langdurig commitment aan een vaste patiëntenpopulatie levert de zinnige en zuinige zorg op die kenmerkend is voor huisartsenzorg. Wanneer het praktijkhouderschap, waarin die continuïteit het beste geborgd wordt, niet voldoende gefinancierd en gewaardeerd wordt, heeft straks niemand meer een vaste huisarts. De trend, waarin inmiddels 50% van de huisartsen zich onttrekt aan een vaste patiëntenpopulatie om aan de onmogelijke
NZa-urennorm te kunnen ontkomen, zal zich voortzetten.
Wij hebben de NZa opgeroepen: ‘Wees geen organisatie die berekeningen maakt op basis van verouderde cijfers en een volstrekt verouderd systeem, maar kijk vooral naar de gewenste huisartsenzorg voor de toekomst. Onze wens is om met liefde en continuïteit die huisartsenzorg te blijven leveren.’
De NZa heeft anders besloten: namelijk dat de huisartstarieven naar beneden moeten worden bijgesteld.
Welke acties onderneemt VPHuisartsen:
• VPHuisartsen gaat bezwaar aantekenen. Het lijkt erop dat een nieuwe gang naar de rechter onvermijdelijk is. Wij zoeken hierin de samenwerking met andere partijen.
• VPHuisartsen zal in de tussentijd tijdens gesprekken met beleidsmakers nog kritischer het takenpakket gaan beoordelen en beter moeten gaan afstemmen op de NZa norm van een 36-urige werkweek. De overige 22 uren zijn immers voor ‘eigen risico’.
Visie op de toekomst vereist!
Het is onbegrijpelijk dat de NZa in deze moeilijke tijden de tarieven naar beneden bijstelt en nergens naar de eisen voor de toekomst kijkt. Juist in de week dat het praktijkhouders tekort pijnlijk zichtbaar wordt met het omvallen van commerciële praktijken van Co-med zou men zich moeten realiseren dat alleen echt investeren in het praktijkhouderschap, onder directe leiding van een zeer betrokken huisartsen, het tij nog kan keren. Deze week gaat het om 50.000 patiënten die zonder vaste huisarts op straat komen te staan, dat is nog maar het topje van de ijsberg. Wij gaan ervan uit dat de politiek zal ingrijpen en fiasco’s als met Co-med in de toekomst zal willen vermijden!
Vanaf het eerste kostenonderzoek huisartsenzorg (2008) loopt de NZa bij haar berekeningen steeds weer achter de feiten aan.
De huisartsenzorg zelf zakt ondertussen steeds meer door haar hoeven.
De NZA: ‘ziende blind en horende doof’.
Dank voor het goede commentaar op het kostenonderzoek van de NZa. De trend van minder huisartsen die een praktijk willen overnemen zal hierdoor doorzetten. Ik ben weinig optimistisch over onze toekomst..
Ik weet dat het niet in jullie huisartsen zit, maar het wordt echt tijd dat jullie goed voor jezelf opkomen en gaan staken. Niet halfbakken een dagje, maar minimaal een week tot er betere toekomst mogelijk is.
Roelof kan het weten. De vraag is waarom de NZa niet verandert? Om ze toch niet zo’n “onafhankelijk bestuursorgaan” is?