Recent is er ophef ontstaan over de extra Pneumokokken vaccinaties via de huisarts. Juist in deze periode is dit een heikele kwestie. Na Woudschoten hebben we aangegeven dat er grenzen zijn aan het overhevelen van taken naar de huisarts. Het toevoegen van een taak als de Pneumokokken vaccinatie is juist zo’n voorbeeld van een taak die niet bij de huisarts thuis hoort. Had de Ledenraad van de LHV hier dan niet NEE op moeten zeggen?
Onze eerste reactie neigde inderdaad ook naar NEE. Echter, de LHV heeft wel harde voorwaarden gesteld. Als hier niet aan zou worden voldaan, dan zou het niet in stemming worden gebracht.
De extra inspanning was beperkt tot de selectie, en het zetten van extra vaccinaties (vermoedelijk 60-70 per normpraktijk van 2095 ptn). Echter, deze zou gelijktijdig met griepvaccinatie kunnen worden aangeboden. Een extra service waardoor de patiënt niet naar verschillende loketten hoeft en die de praktijk verder niet heel veel meer werk oplevert, maar verderop wel veel bespaart. Hiervoor is een vermoedelijk kostendekkend tarief vastgesteld, van 21 euro per patiënt in de eerste 3 jaar.
Bovendien is het initieel voor 3 jaar afgesproken, met een evaluatie na 2 jaar.
Niet verplicht
Wat voor ons van wezenlijk belang is, is een andere voorwaarde waarmee VWS akkoord is gegaan. Het is NIET verplicht. Voor praktijken die het toch niet zien zitten om deze extra taak te faciliteren is het niet verplicht zich aan te sluiten. Overigens is ook de griepvaccinatie NIET verplicht. Het staat de praktijkhouder dus vrij hier een individuele afweging te maken, en hier geen deel aan te gaan nemen.
Wel benadrukt VPHuisartsen dat er een verruiming van het arbeidskostenbestanddeel (voorheen norminkomen) moet worden meegenomen, om te voorkomen dat we na een volgend kostenonderzoek worden gekort, omdat we dit hebben overschreden door deze extra taak. We hebben dit bij de LHV aangegeven.
Ook spillage verdient aandacht; nu we aan iets nieuws beginnen, is het nog lastig in te schatten wie er op komen dagen. Bij lagere patiëntenaantallen, heeft één patiënt procentueel meer gewicht. De LHV is hierover al in gesprek met RIVM en SNPG.
Dat een meerderheid van de LHV Ledenraad uiteindelijk toch voor heeft gestemd, kunnen we ons wel voorstellen. Wij geven dan ook geen negatief advies aan de uitvoering, mits invulling wordt gegeven aan de bovenstaande opmerkingen.
Beschrijving grensvlakken
VPH blijft uiteraard kritisch en waar nodig strijden voor afbakening van onze taken. Momenteel is bestuurslid Rinske van de Goor een belangrijke kartrekker voor het beschrijven van deze grensvlakken. In samenwerking met diverse partijen verwachten we eind 2019 concretere resultaten.