De enquête van HuisartsVandaag over waarneemtarieven werd kritisch door ons gevolgd en wij hebben met grote interesse kennis genomen van de uitslagen van deze enquête. Wij hebben in onze recente regio-bijeenkomsten veel bezwaren gehoord tegen de druk van de ANW-diensten. In minderheid richtten die bezwaren zich tegen de tarieven van de waarnemers. Wij hoorden juist vooral weerstand tegen het feit dat praktijkhouders middels een contract, waarin ANW-zorg gekoppeld is aan het contract voor de dagzorg, als enige verplicht zijn diensten te doen, tegen veel te lage tarieven en waarbij het met name gaat om ‘wenszorg’ in plaats van spoedeisende huisartsenzorg.
Passend tarief voor praktijkhouders
De enquête van Huisartsvandaag heeft zich gericht op het tarief dat waarnemers vragen. Wat ons betreft zou de vraag meer moeten zijn “wat voor tarief zou een praktijkhouder passend vinden”, een vraag die ook terugkwam in de enquête en die ons inziens niet los gezien moet worden van de vraag die nu belicht wordt. In de enquête is nu met name aan onvrede lucht gegeven, die zich richt tegen het feit dat waarnemers wél krijgen wat wij allemaal zouden moeten verdienen, en dat waarnemers geen verplichting kennen om dienst te doen. Echter moeten we niet vergeten dat heel veel diensten al gedaan worden door waarnemers, waarbij ook zeer te begrijpen is, dat zij voor €75 per uur niet voor een nachtdienst komen opdraven. Zeker niet als ze overdag niet veel minder verdienen, en er in vele regio’s een (groot) tekort is aan waarnemers.
Uit de enquête blijkt dat 50% van de praktijkhouders de nachtdiensten allemaal wil verkopen. Daar hebben we binnen het huidige systeem waarnemers voor nodig. Omdat er in de huidige situatie geen verplichting voor waarnemers is om deze diensten over te nemen, zal er dus een voldoende (financiële) prikkel moeten zijn om hen dat werk te laten doen. Heel vreemd is het allemaal dus niet.
Diensten eerlijker verdelen
VPHuisartsen wil zich vooral richten op manieren om de diensten eerlijker te verdelen, en de druk en het aantal diensten te verlagen. Dit wordt onder andere onderwerp van discussie in de Woudschotenconferentie, maar daarnaast hebben wij met ons SEMD-voorstel al een stip aan de horizon proberen te zetten. Hier zijn diverse regio’s mee aan de slag gegaan, om als pilot te dienen. Ook steunen wij het manifest van de collega’s uit West-Friesland, tezamen met hun oproep aan InEen, om de werkdruk nú al terug te brengen.
Dit soort initiatieven moeten de ANW-zorg weer ‘houdbaar’ maken, zodat het weer aantrekkelijk wordt om dienst te doen.