Donderdag 21 december tussen 10:00-11:00 zullen de rechters van het College van beroep voor het bedrijfsleven (CBb) uitspraak doen in de zaak die LHV, VPH en DBH hebben aangespannen tegen de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). In navolging van ‘De Bevlogen Huisartsen (DBH)’ willen we alle huisartsen en hun teams oproepen om gezamenlijk voor het beeldscherm te kruipen en de rechters via de livestream aan te moedigen positief te oordelen over de achtergebleven tarieven. A.s. donderdag om 10:00 is voor ons de ontknoping van een belangrijke zaak waarin we eindelijk meer investeringsruimte kunnen krijgen voor uitbreiding van onze teams en huisvesting.
Oordelen de rechters die ochtend dat de NZa te weinig heeft gedaan om de financiering van huisartsenpraktijken op voldoende niveau te houden? Of houdt men krampachtig vast aan vastgestelde tarieven uit het kostenonderzoek van 2015 waarbij de huidige ontwikkelingen binnen de huisartsenzorg nauwelijks worden meegerekend? Het oordeel van de rechters zal in belangrijke mate bepalen of huisartsenpraktijken kunnen gaan investeren richting de toekomst waarin ruimte wordt gemaakt voor veranderende taken. Een stevige basis voor de Nederlandse zorg vraagt financieel gezonde huisartsenpraktijken met voldoende ruimte voor extra personeel en eventuele uitbreiding van huisvesting.
Een uurtje koffie/ thee met wat lekkers
Kruip 21 december met het team voor de livestream, bestel wat lekkers voor bij de koffie en voer alvast het gesprek over de meest noodzakelijke investeringen voor uw praktijk.
Bezwaar en rechtszaak noodzakelijk
Reeds in de zomer van 2022 tekenden LHV en VPH bij de NZa bezwaar aan tegen de tarieven van 2023. Dit bezwaar werd in maart 2023 uiteindelijk afgewezen waarna we besloten om in beroep te gaan bij het CBb. We konden voldoende aantonen dat de huidige tarieven echt niet meer kostendekkend zijn en daarmee tevens aangeven dat de NZa duidelijk tekort is geschoten in het financieel gezond houden van huisartsenpraktijken. Zodanig dat ze voorbereid zijn op de huidige- en toekomstige zorgvraag. In diezelfde periode besloten ook ‘De Bevlogen Huisartsen (DBH)’ bij het CBb in beroep te gaan en daarnaast met een verkort kostenonderzoek te komen om de rechters extra te kunnen overtuigen.
Door het CBb werden beide zaken van LHV/ VPH en DBH samengevoegd en uiteindelijk op 26 oktober j.l. behandeld. LHV en VPH hebben in de tussentijd de zaak nog uitgebreid door de tarieven over 2024 toe te voegen aan de behandeling op 26 oktober.
De advocaten van LHV/ VPH en DBH hebben vooral in het laatste stadium intensief kennis uitgewisseld. Hierdoor is een sterke zaak ontstaan waarbij we ieder op diverse aspecten aandacht hebben kunnen leggen tijdens de zitting. Een samenwerking die op 21 december hopelijk leidt tot een correctie van de tarieven over 2023 en 2024 maar tevens de NZa dwingt om pro actiever naar de toekomst van het praktijkhouderschap te kijken. Een toekomst waarin het niet alleen draait om kosten onderzoeken waarop enkel en alleen inflatie correctie wordt toegepast. De uitdagingen in de (huisartsen)zorg zijn te omvangrijk om vast te blijven aan verouderde tarieven. Naast het berekenen van de tarieven is juist de waarborging van continuïteit een belangrijke taak voor de Zorgautoriteit.
Hopelijk kunnen we na de 21e gezamenlijk met de NZa de oplossingen voor de toekomst blijven aandragen. Rechtszaken zijn soms onvermijdelijk maar kosten veel tijd, tijd die de huisartsenzorg beter kan gebruiken om weer echte grote en financieel verantwoorde stappen voorwaarts te maken.