Nieuwsgierig geworden naar het ontstaan van dit soort protocollen informeerde ik wat verder. Wat bleek, de inspectie had dit niet zelf bedacht, maar hanteerde om de kwaliteit te bewaken slechts de branchenorm. Branchenorm? Ik ken de NHG standaarden waar we in ons werk min of meer aan gehouden zijn, de richtlijnen van de KNMG die ons handvatten geven bij ingewikkelde problemen maar branchenormen die de inspectie hanteert waren me onbekend. Wat bleek, de Vereniging Huisartsenposten Nederland (VHN), waar je als huisarts geen lid van kunt worden en die 50 leden telt, (namelijk de huisartsendienstenstructuren, meestal vertegenwoordigd door hun directeuren), maakt branchenormen. Er bestaat dus naast de auto of de slagersbranche een huisartsenpostenbranche. En net als de BOVAG voor de autobranche, stelt de VHN branchenormen vast. Deze branchenorm zal vastgesteld zijn door de werkgroep kwaliteit, bestaande iot 12 leden waarvan één huisarts en één waarnemend huisarts deel van uitmaken. Uit oogpunt van kwaliteit heeft men zo bedacht dat autoriseren van wat de assistente op de huisartsenpost doet binnen 1 uur door een huisarts moet gebeuren.
Dus een blaasontsteking waarvoor de assistente een kuurtje voorschrijft moet wel binnen een uur worden goedgekeurd. Ook ‘s nachts! Waarom niet binnen anderhalf uur of 3 kwartier is onbekend. De branchenorm is ook niet onderbouwd, evidencebased kent men bij de VHN blijkbaar nog niet zo goed. In mijn eigen praktijk “autoriseer” ik tijdens de koffie mijn assistente, toch ruim tweeenhalf uur later. Oeps, kan dat wel of is dat dan ook te laat volgens de inspectie? Gelukkig kent de dagelijkse huisartsenpraktijk nog niet van deze branchenormen en weet ik dat de assistente me direkt even inseint als er iets is dat ze niet vertrouwt.
Hoe dan ook, blijkbaar worden zomaar ergens in ons steeds maar uitdijende zorgsysteem niet onderbouwde, niet evidencebased branchenormen gemaakt, die men vervolgens kwaliteitsnormen noemt en waarvoor de inspectie gewoon boetes oplegt als je ze niet naleeft. Het verbaast me dat artsen in het veld zich dit allemaal laten welgevallen en blijkbaar voetstoots aannemen dat over dit soort normen en protocollen goed is nagedacht. Nou zal er ook wel veel over nagedacht zijn, maar nog te vaak zijn normen, richtlijnen en stellingnames een resultaat van consensus en niet van wetenschap. Zo herinner ik me de 30 seconden norm die de inspectie vorig jaar hanteerde waarbinnen in een huisartsenpraktijk de telefoon moet worden opgenomen. Persoonlijk vind ik dat nog vrij lang, maar er bestaat geen onderzoek wat nou het gevolg is van binnen 20 of 40 seconden de telefoon opnemen. Dertig seconden leek wel een mooi getal moet ergens iemand bedacht hebben, en sindsdien noemen we dat dus een kwaliteitsnorm en handhaaft de inspectie deze “huisartsenbranchenorm”.
Ik zou het toejuichen als organisaties die zich met zorg bezighouden zich wat minder stellig zouden uitlaten in protocollen, richtlijnen en branchenormen. Voor je het weet handhaaft de inspectie weer iets waar ze zelf geen normen voor heeft. Een “handreiking”, zoals de KNMG inmiddels soms doet, lijkt me voldoende.
Herman Suichies